EN

Want to learn more about the Economic Board Utrecht?


Meet EBU

Get Connected 2018 | Gezond stedelijk leven

Op donderdag 11 oktober vond het EBU Get Connected Jaarcongres plaats. En wel in de Climate Planet, de grote wereldbol op het Jaarbeursplein in Utrecht. Gezond stedelijk leven stond centraal. De regio heeft de juiste kaarten in handen om oplossingen te bedenken, te realiseren en verder de wereld in te brengen.

18 oktober 2018 7 min

Utrecht in de wereld, de wereld in Utrecht

Met de Climate Planet op het Jaarbeursplein wordt de uitspraak “Utrecht in de wereld, de wereld in Utrecht” wel erg letterlijk. Maar het staat voor meer: de oplossingen die in Utrecht bedacht worden om gezond stedelijk leven voor elkaar te krijgen, zijn voor andere stedelijke regio’s natuurlijk ook te gebruiken. Ton van Mil, directeur van de EBU benadrukte dat bij de opening van het Get Connected Jaarcongres nog maar eens in gesprek met dagvoorzitter Anouschka Laheij:

Als je al die oplossingen dan gemaakt hebt, is dat zeker ook een exportproduct. Het is een miljarden business, maar dat niet alleen: we voelen een plicht om de oplossingen ook naar de wereld te brengen; het is voor ons echt de drijfveer. Er zijn ook beslist nog uitdagingen, maar parallel daaraan kunnen we de oplossingen voor gezond stedelijk leven al wel naar de rest van de wereld brengen. Daarbij moeten we de inwoner en eindgebruiker wel meenemen. Die moet het gaan ervaren; prettig wonen en werken in de regio. De vraag is ook: kun je het allemaal bewijzen? Daarbij is RIVM een belangrijke partner”.

Tekst gaat verder onder foto

Els van Schie van het RIVM reageerde daarop:

Als kennisleverancier en betrouwbare partij zijn we bij het RIVM soms wat voorzichtig, Maar hier gaan we voor! We hebben kennis om bij te dragen aan het oplossen van de uitdagingen en vraagstukken. Dat kunnen we gewoon niet laten liggen”.

De (gezondheid van de) leefomgeving in kaart

Er gebeurt al veel in de regio, zo blijkt uit de mini-documentaire die 11 oktober werd getoond. Van RIVM, Utrecht Exposome Hub en de sensoren in gemeente Hilversum, tot initiatieven als Buurauto, Blue Current, Living Lab Amersfoort en ITvitae.

Gezond stedelijk leven in de Merwedekanaalzone en Cartesiusdriehoek

In de video, maar ook op het podium op 11 oktober, werden als voorbeeld twee gebieden getoond waar de verschillende aspecten van gezond stedelijk leven in de praktijk worden gebracht. Beide gebieden worden getransformeerd tot gezonde stedelijke gebieden. In de Merwedekanaalzone is mobiliteit een belangrijk aspect. Fietsers en voetgangers krijgen er namelijk voorrang boven de auto, en dat zorgt ervoor dat er andere oplossingen bedacht moeten worden. Grootschalige inzet van deelauto’s wordt in dit gebied een belangrijke factor om gezond stedelijk leven mogelijk te maken.

Tekst gaat verder onder foto’s

Onno Dwars van Ballast Nedam vertelde op het podium over de plannen voor de Cartesiusdriehoek. Dat er iets moet gebeuren is duidelijk, maar wat gaan mensen zien in de Cartesiusdriehoek? Dwars:

We gaan een wijk maken met een ander waardenmodel. Wie wil er niet 5 jaar langer leven, in goede gezondheid? Van een groene omgeving, waar mensen minder stress hebben en meer bewegen is bewezen dat mensen er langer leven dan in gebieden waarin de omstandigheden minder zijn. Meer bewegen, betekent bijvoorbeeld minder auto’s. Daarbij zullen alle grondstoffen die gebruikt worden herbruikbaar zijn. Met 4 universiteiten, waaronder de Universiteit Utrecht, willen we gaan aantonen dat mensen langer leven in deze wijk”.

Wethouder Klaas Verschuure wil net als Dwars vaart maken:

De ambitie van Utrecht is heel hoog, je moet dus grote stappen zetten. We moeten veel meer bouwen, want het aantal inwoners groeit snel. Maar dat moet wel duurzaam. Utrecht heeft hier iets unieks in handen. Ik ben erg trots op dit project waar mensen 5 jaar langer en gezonder en duurzaam gaan leven”.

Tekst gaat verder onder foto

De wens is mooi, de werkelijkheid lelijk

Keynote-spreker, landschapsarchitect en urbanist Winy Maas benadrukt dat het doel is een stedelijke omgeving te creëren die humaan is, sociaal en democratisch. “Mooi, exciting en wonderful”, wil men. Het probleem met groene steden is volgens Maas echter dat veel groene gebouwen lelijk zijn en dat de ontwikkeling zo traag gaat. Om te versnellen is data van belang, want alleen door te meten wordt de impact helder. “We moeten voorbij de lelijkheid gaan. En daar is een reeks aan producten voor nodig”. Volgens Maas is een aaneenschakeling van mini-projecten nodig. Als voorbeeld noemt hij het project in Korea. Daar ontwierp Maas een brug met treespots, verzamelingen bomen. Later is daar een lichtproject aan toegevoegd, dat dag en nacht voor licht zorgt. Uiteindelijk is een brug ontstaan met veel diversiteit. Uiteraard meten sensoren, die overal in verwerkt zijn, alles over de omgeving en de bezoekers. Nadat de brug aangepakt was, werd ook de omgeving eromheen getransformeerd.

Drie dingen moeten volgens Maas: “verdichten, vergroenen en de openbare ruimte op orde. Een nieuwe binnenstad van Utrecht is er een met nieuwe straatjes, nieuwe parken, nieuwe daken, interactieve pleinen. Elke straat, elke muur, ieder steegje, iedere brug, alle pleinen en alle daken dragen samen bij aan het vergroenen. En dan kún je die stad maken die hittebestrijding, slimmer licht, energieproductie, waterretentie en voedselproductie mogelijk maakt”.

Tekst gaat verder onder foto

Startups en scaleups als stedelijke vernieuwers

Startups en scaleups spelen een belangrijke rol als het gaat om het bereiken van de doelen van gezond stedelijk leven. Heerd Jan Hoogeveen, directeur van StartupUtrecht: “Het gaat al heel goed in deze regio, maar we kunnen nog meer. Het gaat vooral om barrières wegnemen. Ook is het nodig om meer te laten zien van wat startups doen, ook aan inwoners van de regio. Als inwoners zien wat er allemaal kan, gaan zij ook vragen om nieuwe oplossingen”.

Constantijn van Oranje, special envoy bij StartupDelta, vulde aan: “Dat doen we als StartupDelta bijvoorbeeld met een bidbook. Daarin laten we per klimaattafel zien welke startups bezig zijn met welke oplossingen. Want het probleem met de klimaattafels is dat je vooral de usual suspects aan tafel ziet, er is niet echt vernieuwingDe overheid is vaak langzaam en bureaucratisch. Ik zou de overheid willen oproepen om meer vanuit de ondernemers te denken. Wat hebben zij nodig?”

Startups en corporates hebben elkaar nodig om het verschil te maken, te innoveren en zo bij te dragen aan gezond stedelijk leven. Peter Paul Tonen van Capgemini en Rob de Heer van VR Owl vertelden 11 oktober over hoe zij deze samenwerking ervaren. Startup VR Owl zet Virtual Reality in voor ruimtelijke ordening vraagstukken, zodat mensen samen ideeën kunnen bekijken en ervaren. Volgens Tonen draagt de samenwerking onder meer bij aan: “inspiratie voor onze medewerkers, maar ook voor onze klanten. We gaan samen naar de markt. Wij denken mee over hoe je ideeën bij de juiste personen bij de overheid of bijvoorbeeld KLM krijgt”. Beide partijen zijn door StartupUtrecht bij elkaar gekomen en Hoogeveen geeft aan dit nog meer en op grotere schaal te willen organiseren.

Human Capital Agenda

De regio Utrecht heeft goede uitgangspunten, maar zonder goede mensen op de juiste plek komt er niets van de grond. Een goede strategische Human Capital Agenda, afgestemd op de ambitie van gezond stedelijk leven, is van groot belang, gaf Ramses de Groot, domeinmanager Human Capital Agenda bij de EBU, aan.

De hoeveelheid arbeidskrachten en de competenties zijn nog niet altijd voldoende om de ambities waar te maken. We hebben een goed ecosysteem, een goede humuslaag, maar we moeten elkaar nog beter leren kennen en vinden en met elkaar nieuwe proposities naar de markt brengen ”.

Twee video’s laten succesvolle oplossingen zien. Het voorbeeld van ’s Heeren Loo en Defensie laat zien hoe een sector met een overschot aan goede mensen (Defensie) een sector die kampt met tekorten (zorg) kan helpen aan goed opgeleide mensen. Een kwalitatieve mismatch en verschuiving op de arbeidsmarkt. Het tweede voorbeeld van ITvitae laat zien hoe mensen met autisme na een gerichte opleiding kunnen bijdragen aan het verkleinen van het aantal ICT-vacatures in de regio.